Middle management – Wiltec – strategie en cultuur

Lezen

  • Boek Managementvaardigheden, hoofdstuk 1, 2 en 4
  • Let op: inhoudelijk behandelen we dit niet tijdens de bijeenkomsten. Je leest dit zelf en je oefent met de toetsen. Uiteindelijk komen alle hoofdstukken aan bod en maken zij deel uit van het tentamen.

Programma

  • Missie en visie
  • Strategie
  • Organisatie
  • Cultuur
  • Intervisie

Documenten

Voorbereidende opdrachten

Bestuderen

Maken

Werkopdracht

  • Hoe komt strategie  in jouw organisatie tot stand? Wie is daar bij betrokken en op welke wijze? Hoe wordt de strategie vastgelegd en gedeeld in de organisatie? Wat zijn de belangrijkste strategische doelen?
  • Wat is de missie van jouw organisatie? Waar kunnen we het vinden? In hoeverre kennen de medewerkers in de organisatie deze missie? Wat is de rol van de missie in je organisatie?
  • Voer een DOR-analyse uit. Welke inzichten levert deze analyse je op?
  • Wat gaat er goed? Waar blijkt dit uit?
  • Wat gaat er minder goed? Waardoor komt dit? En wat moet er volgens jou gebeuren om dit te verbeteren?
  • Voer de cultuurscan concurrerende waarden van Quinn en Cameron uit.
  • Welke ontwikkeling wil je organisatie maken? Waarom, wat gaat dit opleveren? Wat moet er gebeuren om deze ontwikkeling te maken?

Reflectieopdracht

  • Wat is jouw formele rol in de organisatie? Hoe kan jij vanuit deze rol invloed uitoefenen?
  • Beschrijf de relatie tussen jou en je leidinggevende. Welk cijfer geef je deze relatie? Waarom? Wat kan jij doen om de relatie te verbeteren (en een punt hoger te scoren)?
  • Beschrijf de relatie tussen jou en je collega’s in dezelfde functie. Welk cijfer geef je deze relatie? Waarom? Wat kan jij doen om de relatie te verbeteren?
  • Wat is jouw rol in het strategisch proces van jouw organisatie? Hoe draag jij bij? Hoe kan je invloed uitoefenen? Wat zou je willen veranderen?
  • Cultuur gaat ook over waarden en normen. Welke waarden streeft de organisatie na? Wat zijn voor jou belangrijke persoonlijke waarden? In hoeverre passen de organisatiewaarden en persoonlijke waarden bij elkaar? Wat betekent dit voor jou? In hoeverre wijken ze af? En ook hier: wat betekent dit voor jou? Hoe ga je hier mee om?
  • Op basis van bovenstaande vragen: wat zijn je inzichten en tot welke leervragen leidt deze reflectieopdracht?