Lees eerst de hele opdracht, dus ook de aanwijzingen met betrekking tot de vormgeving van het document.
Inleiding
Deze opdracht is onderdeel van de opleiding Middle Management. De koppeling tussen theorie en (de eigen) praktijk is essentieel. Modellen, concepten en theorieën zijn brillen die helpen om met elkaar naar de werkelijkheid te kijken. In deze opdracht staat de cultuur van de eigen organisatie centraal.
Doel
Doel van de Action Learning-opdracht is het beschrijven en beoordelen van de cultuur en mogelijke cultuurverandering van jouw organisatie en op basis daarvan aanbevelingen schrijven waardoor de organisatie kan verbeteren.
Deelopdrachten
Deelopdracht 1: beschrijving van de cultuur
In de opdracht ga je eerst de cultuur van je organisatie in beeld brengen.
Actie 1: voor deze opdracht moet je gebruik maken van meerdere modellen, waarbij het model voor de concurrerende waarden verplicht is.
Voor deze opdracht moet je het analysemodel, dat hoort bij het model van de concurrerende waarden, naast jouzelf, door minimaal drie collega’s uit de eigen organisatie laten invullen en bespreek je uitkomsten met hen. Meer collega’s is alleen maar beter. De ervaring leert dat mensen het leuk vinden om bij dit soort onderzoekjes te worden betrokken. Niet alleen jij maar ook je collega’s zijn aan het leren.
Neem de grafieken op in je paper en geef een samenvatting van de bespreking die je met je collega’s hebt gevoerd.
Actie 2: je moet minimaal één ander model extra gebruiken voor je onderzoek. Andere modellen waaraan je kunt denken voor de opdracht:
Kies het model of de modellen waarvan je denkt dat ze het meest relevant zijn voor jouw organisatie en onderzoek. Je mag dit alleen doen, maar beter om ook hier je collega’s bij te betrekken. Met elkaar kan je meer zien dan alleen.
Deelopdracht 2: beoordelen van de cultuur
In deelopdracht 1 heb je de cultuur van je eigen organisatie onderzocht. Wat valt je op? Welke inzichten haal je uit je onderzoek? Is de cultuur binnen de organisatie aan het veranderen en, zo ja, welke ontwikkeling zie je dan? En wat vind je daarvan? In hoeverre helpt dit jouw organisatie?
Wat zou er in de cultuur moeten veranderen? Waarom?
Deelopdracht 3: aanbevelingen
Wat moet de organisatie doen op basis van je beoordeling in deelproduct 2? Waarom zou ons dit helpen? Hoe pakken we dat het beste aan? En zorgen we dat het ook daadwerkelijk gaat gebeuren?
Schrijf drie aanbevelingen. Misschien heb je er meer, maar je kiest voor de belangrijkste. Uit onderzoek blijkt dat hoe meer aanbevelingen je geeft, hoe minder er gebeurt. Drie dingen kunnen mensen makkelijk onthouden.
Beschrijf je aanbeveling dikgedrukt is één zin. Daaronder geef je een toelichting.
Vormgeving van het AL-paper
De opdracht mag je uitwerken in een klassiek rapport (uitwerking in bijvoorbeeld Word) of in een self-explaining-Powerpoint.
Je paper bevat een voorblad, hoofdstukindeling, uitwerking per deelopdracht en bijlagen.
Je paper heeft een professionele uitstraling, paginanummering en de hoofdstukken en eventuele paragrafen zijn genummerd. De titels van de hoofdstukken hebben een toepasselijke naam, maar niet ‘Deelproduct x: ….’. Verdeel je tekst op een logische manier in alinea’s en gebruik witregels.
Er geldt geen maximum aan woorden of pagina’s, maar bedenk dat je paper moet uitnodigen om gelezen te worden. Schrijf dus to-the-point. Tegenwoordig wil niemand meer een lijvig document lezen.