Je hebt een eerste idee over het probleem. Begin met een algemene beschrijving van het probleem. Probeer hierbij zo feitelijk mogelijk te blijven. Het zou mooi zijn dat alles wat je beschrijft ook te kunnen onderbouwen met documentatie. Vaak ontbreekt dat, maar hoe feitelijker je kan zijn in je beschrijving hoe beter.
Verzamel informatie
Gebruik de wie-, wat-, waar-, wanneer-, waarom- of waardoor- en hoe-vragen uit de pdf hieronder om meer diepgaande informatie te verzamelen. Ook hier probeer je weer zo feitelijk mogelijk te blijven. Dat betekent dat je kiest voor individuele interviews of werksessies. Leg zoveel mogelijk vast in gespreksverslagen.
Analyseer de informatie
Verwerk de antwoorden om patronen, oorzaken en mogelijke oplossingen te identificeren. Gebruik analysemodellen om overzicht te krijgen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan causale diagrammen, Ishikawadiagrammen of interrelatiediagrammen.
Verifieer je bevindingen
Het is een grote uitdaging om objectief te blijven, je wordt gekleurd door je eigen referentiekader. Check dus altijd je bevindingen bij je stakeholders.
WIE
- Wie wordt door dit probleem getroffen?
- Wie ondervindt de grootste gevolgen?
- Wie heeft de macht in deze situatie?
- Wie ziet dit mogelijk anders?
- Wie zijn de belangrijkste belanghebbenden?
- Wie profiteert van dit resultaat?
- Wie moet er nog meer geraadpleegd worden?
- Wie kan meer informatie verschaffen?
WAT
- Wat is het probleem?
- Wat zijn de belangrijkste argumenten?
- Wat is het bewijs?
- Welke aannames worden er gemaakt?
- Wat zijn de mogelijke gevolgen?
- Welke alternatieven bestaan er?
- Wat zijn de risico’s van elk alternatief?
- Welke stappen kunnen vervolgens worden genomen?
WAAR
- Waar werd dit voor het eerst een probleem?
- Waar is het probleem het meest zichtbaar?
- Waar kunnen we ondersteunende gegevens vinden?
- Waar hebben oplossingen eerder gewerkt?
- Waar zijn de middelen het meest nodig?
- Waar bevinden zich mogelijke obstakels?
- Waar kunnen we eerst oplossingen implementeren?
- Waar moeten we de resultaten monitoren?
WANNEER
- Wanneer kwam dit probleem voor het eerst naar voren?
- Wanneer verschijnen de effecten doorgaans?
- Wanneer werden de gegevens voor het laatst verzameld?
- Wanneer is de beste tijd om te handelen?
- Wanneer zijn er oplossingen geprobeerd?
- Wanneer is de deadline voor actie?
- Wanneer moeten we resultaten verwachten?
- Wanneer zullen we de voortgang beoordelen?
WAAROM
- Waarom is het probleem belangrijk?
- Waarom is dit in eerste instantie ontstaan?
- Waarom worden bepaalde oplossingen verkozen?
- Waarom kunnen meningen verschillen?
- Waarom is dit niet eerder aangepakt?
- Waarom zijn sommigen meer getroffen dan anderen?
- Waarom is onmiddellijke actie noodzakelijk?
- Waarom moeten we het in de toekomst opnieuw bekijken?
HOE
- Hoe is dit probleem ontstaan?
- Hoe beïnvloedt dit verschillende groepen?
- Hoe kunnen we meer gegevens verzamelen?
- Hoe hebben anderen vergelijkbare problemen aangepakt?
- Hoe gaan we de oplossing implementeren?
- Hoe zullen we succes meten?
- Hoe moeten we veranderingen communiceren?
- Hoe vaak moeten we opnieuw beoordelen?