Aller ogen gericht op – relevantie van organisatiegeschiedenis

Het artikel ‘Aller ogen gericht op – relevantie van organisatiegeschiedenis’ bespreekt de relevantie van bedrijfsgeschiedenis en de evolutie van dit vakgebied. De auteur, Joost Jonker, benadrukt dat bedrijfsgeschiedenis een jonge en dynamische subdiscipline is die zich de laatste jaren sterk heeft ontwikkeld. Hij definieert bedrijfsgeschiedenis als de geschiedenis van mensen in hun bedrijvigheid, inclusief overheidsdiensten, vrije beroepen en de gezondheidszorg.

Jonker identificeert vier belangrijke doelgroepen voor bedrijfsgeschiedenis: bedrijfsleiders, het algemene publiek van geschiedenisgeïnteresseerden, vakgenoten en beoefenaars van andere disciplines. Hij benadrukt dat bedrijfsleiders, hoewel ze misschien geen historische boeken lezen, wel interesse hebben in bedrijfsgeschiedenis. Grote bedrijven zijn tegenwoordig meer bereid om onderzoekers toegang te geven tot hun archieven en waarderen academisch onderzoek naar de geschiedenis van hun onderneming.

Jonker bespreekt ook de methoden en bronnen die worden gebruikt in bedrijfsgeschiedenis, evenals de uitdagingen bij het ontwikkelen van samenhangende theorieën binnen dit vakgebied. Hij concludeert dat bedrijfsgeschiedenis een waardevolle discipline is vanwege haar brede perspectieven, het gebruik van diverse bronnen en het vermogen om rijke en gevarieerde beelden te creëren.

De auteur benadrukt dat bedrijfsgeschiedenis nog steeds groeit en evolueert, mede dankzij universitaire cursussen, het verbeteren van wetenschappelijke standaarden en het gebruik van theorieën uit andere sociale wetenschappen. Hij moedigt aan tot verdere exploratie van de toepassingen van bedrijfsgeschiedenis en benadrukt dat het vak relevant en actueel blijft.

Organisatiehistorie

Door de historie van een organisatie te bestuderen, kunnen bedrijfshistorici inzicht krijgen in hoe verschillende soorten organisaties functioneren, hun doelen en taken analyseren, en welke prikkels effectief zijn. Door gebruik te maken van het raamwerk van de Nieuwe Institutionele Economie en casussen uit het bedrijfsleven en overheidsinstanties, kunnen bedrijfshistorici laten zien hoe organisaties evolueren door de dynamiek van maatschappelijke ontwikkelingen.

Verder wordt benadrukt dat bedrijfsgeschiedenis kan dienen als een correctief voor de spanning tussen zakelijke doelen en maatschappelijke consequenties die vaak voorkomen in zowel de publieke als private sector. Door te focussen op de unieke kenmerken van de onderzochte bedrijvigheid en door aandacht te besteden aan sociale, culturele en politieke aspecten, kan bedrijfsgeschiedenis een dieper begrip bieden van de organisatie en haar omgeving.

Voorbeelden

In het artikel worden verschillende concrete voorbeelden genoemd die het nut en de noodzaak van het in kaart brengen van de historie van organisaties benadrukken.

Het artikel bespreekt hoe bedrijfshistorisch onderzoek kan helpen bij het vaststellen van de voorwaarden waaronder takken van overheidsdienst verzelfstandigd worden. Door historische argumenten te onderzoeken en te analyseren, kunnen bedrijfshistorici een omvattende analyse geven van de geschiktheid van specifieke ondernemingsvormen voor bepaalde economische activiteiten. Dit toont aan hoe het begrijpen van de historie van organisaties kan bijdragen aan het nemen van beslissingen in het heden .

Het artikel benadrukt dat bedrijfshistorici door het combineren van het raamwerk van de Nieuwe Institutionele Economie met casussen uit het bedrijfsleven en overheidsinstanties inzichten kunnen bieden over de manier waarop verschillende typen organisaties functioneren, hun doelen en taken analyseren, en welke prikkels wel en niet werken. Dit illustreert hoe het bestuderen van de geschiedenis van organisaties kan helpen bij het begrijpen van de dynamiek van organisaties en hun aanpassingen aan maatschappelijke ontwikkelingen.

Lees het hele artikel en download de pdf.

Het artikel kan je lezen en/of downloaden op de site van de Hogeschool van Amsterdam