Het ego van de manager is wel eens groter dan de werkelijkheid. Managers blijken een heel ander beeld van hun kunnen te hebben dan hun ondergeschikten. Dit komt naar voren uit onderzoek van het Chartered Management Institute, zo meldt Management Today.
44 procent van de 2.000 ondervraagde managers vindt dat hij/zij uitblinkt in het leiding geven aan mensen, negentien procent zegt vooral goed te zijn in het managen van zichzelf, veertien procent noemt zichzelf een ‘geboren leider’ en 21 procent vindt zichzelf uitblinken in het behalen van doelstellingen.
Verschillende uitkomsten
Toen het CMI vervolgens de werknemers van dezelfde bedrijven ondervroeg, kwamen daar echter hele andere dingen uit naar voren. 41 procent noemt hun manager het beste in resultaten behalen en 37 procent noemt hem of haar een goede leider. Maar slechts veertien procent van de managers wordt door hun team goed bevonden in het leiding geven aan mensen.
Hieruit zou blijken dat managers hun eigen prestaties niet goed in weten te schatten – en misschien wel minder goede managers zijn dan ze zelf denken, tenminste in de ogen van hun medewerkers.
Opleiding
Volgens het CMI is dit vooral een opleidingsprobleem (maar goed, het is dan ook een opleidingsinstituut…). 68 procent van de managers beweert nooit een managementpositie nagestreefd te hebben en 63 procent heeft geen enkele managementtraining gevolgd. Training zou managers wel kunnen helpen betere leidinggevenden te worden. Veel leidinggevende capaciteiten zijn immers prima aan te leren.
Bron: managersonline.nl
Datum: 10 augustus 2010